DeWolffest 2: blues, soul en rock ’n roll

Afgelopen zaterdag stond TivoliVredenburg in het teken van DeWolffest 2. Zeven jaar geleden organiseerden de Limburgse southern blues-rockers van DeWolff hun festival voor het eerst. Bevriende bands en artiesten speelden verspreid op de podia in Ronda, Park 6, Pandora en de Pandora-foyer. Het geheel was compleet met een plek voor Wim Behre, vaste platendraaier bij DeWolff. Verder waren er nog wat kraampjes met vintage kleding, gitaren, leren accessoires en foodtrucks.

Silveroller

Het Britse Silveroller trapt het festijn overtuigend af in Pandora. De stage presence van zanger Jonnie Hodson – een onvervalste Rod Stewart-lookalike en Paul Rodgers-soundalike – zet gelijk de toon. De band levert een stampende blues rock set waar fans van Bad Company, Free en Faces blij van worden. Een cover van Otis Redding’s Hard To Handle klinkt aardig, maar de songs van de eerste EP komen krachtiger over. Hodson zingt nummers als Come On, Come In met veel overgave en krijgt het publiek zo goed mee. Silveroller staat op DeWolffest 2 na te openen voor DeWolff bij een aantal van hun Engelse shows eerder dit jaar.  ‘Dit was onze eerste show op het Europese vasteland, we hadden de geweldige energie van het publiek nooit verwacht. We hopen gauw terug te keren!’ 

Mooon

In Ronda betreedt Mooon een klein uur later het podium. Dit Brabantse garagerock-trio ziet eruit als een groepje figuranten uit een oude James Bond-film. Alles van het haar tot de kleding tot de instrumenten van deze heren schreeuwt ’60’s. En zo klinken ze ook. Hun dansbare, catchy psychedelische beatsongs volgen elkaar in rap tempo op en het publiek kan niet stil blijven staan. Regelmatig wisselt de band vrolijke blikken uit, met een stukje wat melige improvisatie tussen gitaar en drums als hoogtepunt. De wat volgepropte setlist laat weinig ruimte over voor interactie met het publiek, maar dat mag de pret niet drukken. Mooon is en blijft een feestje om live te zien.

Levi Vis

Bekend als bassist van DeWolff staat Levi Vis hier vandaag op DeWolffest 2 met zijn eigen band in Pandora. Wie had gehoopt op een vergelijkbare sound komt er echter bekaaid vanaf. In plaats van goed geoliede southern rock komt Vis met een geheel eigen yacht rock geluid. Het publiek reageert even kalmpjes als de muziek voortkabbelt. Vis, die zijn bas ‘nooit hoeft te stemmen,’ doet dit met zijn gitaar helaas wel na elk nummer. Het toch al lome tempo van de show wordt hier niet bepaald sneller van. Ook de begeleidende groene stage lighting en vogelgeluiden leiden meer af dan dat ze toevoegen. Aardig wat mensen haken na een aantal nummers af. Ik geef ze geen ongelijk; er zit geen beweging in deze set. Hoewel hij normaal uitblinkt met DeWolff, komt Levi Vis met zijn eigen band niet van de grond.

The Cinelli Brothers

De Londense Cinelli Brothers blazen het publiek meteen omver met hun heerlijke mix van soul, blues en rock ‘n roll. Zelfs met een cover als opener is de de energie meteen elektrisch. Ook hun eigen nummers hebben ze goed in de vingers, het publiek is vrijwel direct laaiend enthousiast. Alsof de virtuoze improvisaties en solo’s niet genoeg zijn, blijkt dit viertal ook nog eens multi-instrumentalisten te zijn. De drummer wordt de bassist, de toetsenist de gitarist, en de mondharmonicaspeler brult als een moderne Joe Cocker. Dit valt enorm in de smaak, om mij heen vallen meerdere ‘wauw’s’ in korte tijd. Dit was misschien wel de sterkste performance van het hele festival, en dus ook zeker voor herhaling vatbaar!

Mojo & the Kitchen Brothers

De vijf Belgische heren die samen Mojo & the Kitchen Brothers vormen laten er geen gras over groeien. Met volume op standje elf krijgen we een gezonde dosis heavy prog-rock in ons gezicht gegooid. Het publiek neemt het de band in dank af. De energie is meteen op het niveau van high voltage rock ‘n roll. Toch zijn de clevere prog ondertonen in de vorm van spelen met polyritmiek en onverwachte akkoordovergangen onmiskenbaar. Dit geeft de sound van de band meer diepte dan een gewone hardrockband meestal heeft, en het smaakt naar meer.

DeWolff

Dan is het eindelijk zover. De heren en meesters van het festival betreden het podium van Ronda in XL-formatie onder luid gejuich. De driekoppige band wordt vergezeld door drie blazers en twee achtergrondzangeressen/-danseressen. Pablo van de Poel is zo enthousiast om te beginnen dat hij meermaals over zijn woorden struikelt. De band zet zichzelf gelijk stevig neer door te openen met Night Train. Dit was een van de singles van de vorige plaat, Love, Death and In Between (2023). De overige veertien nummers die de band speelt zijn relatief nieuw; alleen Treasure City Moonchild komt van Wolffpack (2018). Verder valt de afwezigheid van het swingende Heart Stopping Kinda Show op. Dit nummer was tijdens eerdere shows dit jaar vaste prik. De nummers van de net uitgekomen nieuwe plaat Muscle Shoals worden wel feilloos ten gehore gebracht. Toch pakken ze het publiek naar mijn idee minder in dan de eerder genoemde krakers van de vorige plaat. Dit wordt bevestigd met het twintig minuten durende magnum opus Rosita, waar het publiek echt uitzinnig op los gaat. De speciale DeWolff x Jopen Golden IPA vloeit rijkelijk, iedereen heft het naar zijn zin. Toch maakt de sterke nadruk op het materiaal van de nieuwe plaat de setlist iets te ongebalanceerd. Nummers als Nothing’s Changing en Made It To 27 hadden het geheel mooi compleet kunnen maken. Een kleine gemiste kans, maar daarom geen minder geslaagde show.

DeWolffest 2 was er een voor de boeken. De Wolffpack kon hun hart ophalen aan alles waar ze zo van houden in deze band. Het programma was divers genoeg maar overlapte toch erg mooi. Dit met een solide geheel onder de gemene deler van blues, soul en rock ’n roll als resultaat. Op naar de volgende editie, die hopelijk vroeger dan later zal plaatsvinden!

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *